Met een kans komt Nederlands | uitwegen als het Nederlands moeilijk gaat
‘Wie Nederlands wil praten, kan Nederlands praten.’ Het blijft een hardnekkig misverstand. Jarenlang oefenden mensen Nederlands met hun buren in de buurtwerken van Samenlevingsopbouw. In zowel Taal*ooR als 2-spraak zagen we mensen vlot doorstromen in het taalonderwijs. Maar telkens was er ook een groep (trouwe) deelnemers die het taalniveau Nederlands 1.2 maar net behaalden of niet behaalden.
Wat doe je als het Nederlands niet lukt? Hoe houden we deze mensen aan boord in deze superdiverse samenleving? We laten hen aan het woord.
Als je niet meer naar school kan, ga je naar het buurtwerk
Wie het taalniveau Nederlands 1.2 niet of maar net behaalt, kan geen Nederlandse les meer volgen. Dan krijg je de stempel uitgeleerd of afgestudeerd. Deze mensen kwamen vaker naar de oefenkansen Nederlands in het buurtwerk. Het was hun laatste mogelijkheid om Nederlands te leren. Voor de vrijwilligers die met mensen Nederlands oefenden, was dit de moeilijkste groep. Het was demotiverend voor de vrijwilligers en voor wie Nederlands wou leren. Meermaals kregen we opmerkingen van vrijwilligers in de aard van: “We kunnen hen niets leren. Zij kunnen het niet.”
Meer aansluiten bij het dagelijks leven?
Kunnen mensen Nederlands leren wanneer het professionele leerkrachten niet lukt? Kunnen en moeten we mensen blijven aanmoedigen om te oefenen? Helpt het om de leersituaties minder stressvol te maken en meer te laten aansluiten bij het dagelijks leven? Kunnen we de eigen thuistaal meer benutten? Of zijn er andere dingen nodig? Samenlevingsopbouw ging op basis van deze vragen met de groep uitgeleerde mensen op pad. En ja, dit was een weg met vallen en opstaan.
“Ik heb hier enorm veel bijgeleerd. Hier wordt er naar mij geluisterd om wie ik ben. Mijn taal ervaar ik hier niet als een struikelblok maar als een sterkte. Ik vertaal soms in de groep en krijg daar zoveel waardering voor terug. Dit maakt me blij. Ik kijk elke week uit naar het moment waarop we samenkomen, dit is echt mijn houvast. Farah, ik weet niet hoe je het doet maar wanneer ik hier ben dan voel ik me thuis, dan verdwijnen mijn zorgen.”
Ikram, Buurtwerk De Wijk
Taal & meer
Samenlevingsopbouw werkte manieren uit om Nederlands te oefenen vanuit mensen hun eigen verhaal. We noemden het ‘Taal & meer’. We maakten gebruik van theatertechnieken. Wie uitgeleerd was in Nederlands ging in zee met musea en maakte verhalen bij kunst en bij foto’s. De deelnemers maakten hun verhaal via collages en werkten met lichte vormen van poëzie. Het was meer dan Nederlandse taal. Het was taal en ontmoeting, taal en leren van elkaar. We oefenden Nederlands al doende, met anderen. We leerden in het dagelijks leven, niet los ervan.
Herwaardering van meerdere talen om elkaar te verstaan
Vanuit Samenlevingsopbouw stelden we vast dat we vaak een ander aspect van iemand zagen bij een verhaal in de eigen taal. De woordenvloed in de eigen taal was soms niet te stuiten. Dan pas zagen we mensen met hun volledige mogelijkheden, dus gingen we verder met ‘verhalen vertellen’. We kwamen tot verhalen in het Nederlands of in je eigen taal. Als we elkaar niet begrepen gebruikten we een tussentaal, een vertaalapp of zochten we samen met de groep naar de juiste ver(taal)ing. (Lees hier de 9 lessen die we leerden uit 15 jaar oefenkansen Nederlands.)
“Wat ben ik gegroeid de voorbije periode. Zelfzorg is iets wat ik voordien niet kende. Ik heb hier prioriteiten leren stellen als persoon. Dit had ik nooit alleen gekund. Ik kom hier mijn Nederlands oefenen, leer mensen kennen, maak nieuwe vrienden. Centrum De Wijk is mijn tweede thuis, ik voel me hier veilig.”
Ouarda, Buurtwerk De Wijk
Meertaligheid als brug
Vanuit de verhalen van de mensen die uitgeleerd zijn, bouwde Samenlevingsopbouw bruggen met andere organisaties en diensten. In het domein van (geestelijke) gezondheid of het omgaan met stress is het gebruik van een verstaanbare taal een noodzaak. Hoe vreemd het ook klinkt: corona was een katalysator om de klemtoon meer te leggen op ‘elkaar goed begrijpen’. En zo koos ook de overheid voor het gebruik van meertaligheid om te informeren.
Maar hebben mensen dan nodig? We laten enkelen van hen zelf aan het woord:
Nadra vertelt
Nadra kwam 9 jaar geleden noodgedwongen naar België. Ze volgde een aantal jaren les maar haalde helaas haar diploma 1.2 niet. Zo kwam ze in het buurtwerk terecht. Haar honger naar de Nederlandse taal was groot. Van taal- tot de kookactiviteiten, ze deed alles om haar Nederlands te oefenen.
Drie jaar geleden voegden we taal en toneel samen. Het werd een plek waar Nadra haar volledig kon laten gaan. De moeilijkheden in haar parcours, de emotionele kant van zich uitgesloten te voelen…alles kwam aan bod. Het begon vaak in eigen taal en van zodra ze zich sterk en zelfzeker voelde dan kwam het Nederlands, omdat ze wou dat iedereen haar verhaal kon horen en verstaan.
“Ik kom hier graag , ik voel me hier veilig. Ik heb hier mensen van over heel de wereld leren kennen. Vrienden gemaakt die ik als enige familie aanzie. Ik durf hier mezelf zijn, ik durf hier Nederlands te spreken zonder mezelf 1000x te excuseren. Ik heb hier geborgenheid gekregen, ik hou van deze groep.”
Nadra, Buurtwerk De Wijk
Hayat vertelt
Rachida vertelt
“Mijn spreekdurf is enorm verbeterd, ik voel me hier veilig. Plaatsen zoals hier zijn van cruciaal belang, je oefent je Nederlands zonder dat je het beseft.”
Rachida, Buurtwerk De Wijk
Rabia vertelt
“Ik heb hier zeer veel geleerd, ik verlegde grenzen waar ik me nooit bewust van was. De nieuwe mensen die ik leerde kennen, van overal, maakten mijn kijk naar de wereld rijker. Ik oefen mijn Nederlands en krijg veel ondersteuning. Vaak moedigen jullie me aan en daardoor voel ik me zelfzekerder. Ik hou van deze plek, dank jullie.”
Rabia, Buurtwerk De Wijk